"Pieters grootvader, Henks vader, sprak aan het einde van zijn leven vaak over de suizende stilte waarin de profeet Elia God ontmoette. Het was, schrijft Henk, de vervulling van het verlangen naar een adres. Een adres voor je dankbaarheid. Voor het kortstondige en tegelijk tijdloze besef van volledigheid dat een gelovig mens soms kan overkomen. Henk beschrijft een paar ervaringen die hem zelf overkwamen en concludeert: Ik vermoed dat het verlangen naar een adres de kern is van mijn geloof."
Mooi, mooi, vind ik dat. Ik word er altijd erg blij van als iemand precies blijkt te verwoorden wat ik zelf ook voel of (zelfs) weet.
Tot mijn vaders dood wist ik mij verbonden met de bron en leefde ik vanuit een oervertrouwen. Daarna bleek mijn fundament aan gruzelementen te liggen en lag de bron verborgen onder een laag puin. Ik had geen adres meer, besef ik nu. Dacht lange tijd onbewust dat het mogelijk was om de aandacht van dit diepe gemis af te leiden.
Door stil te worden en de pijn er te laten zijn, krijg ik toegang tot de bron. Dat is geen maniertje. Het is gewoon hoe het gaat als ik oprechte aandacht heb voor mijzelf. Als alles er mag zijn, gewoon zoals het er is op dat moment, maar dan ook écht, dan is er geen weerstand en blijkt het gewoon okee te zijn. Steeds vaker ervaar ik dat slechts mijn eigen oordeel de boel in de war stuurt.
Vanochtend kwam er een emotie bij me op die ik onmiddellijk afkeurde van mezelf. Meteen daarna drong glashelder tot me door dat ik er niets aan kon doen dat ik dat gevoel kreeg, het was er gewoon opeens, en dat het dus nergens op sloeg om mezelf daarvoor op m'n kop te geven.
Ook míjn 'drang naar godsdienst' komt voort uit het verlangen naar een adres. Niet alleen een adres voor mijn dankbaarheid, maar ook voor mijn twijfel, mijn verdriet, mijn wanhoop en mijn boosheid. Alles mag er zijn op dat adres. Niks is te gek. Het is allemaal welkom en wordt als een homeopathisch medicijn verdund in een eindeloze oceaan van onvoorwaardelijke liefde.
- ad parnassum, Paul Klee, 1932 -