dinsdag 31 mei 2011

Leven is bewegen

"Als je niet weet wat je moet schrijven, is dat het beste begin," zei Martin Bril.
Ik weet het vandaag allemaal niet meer zo goed. Dat ik niet weet wat ik moet schrijven is daarvan nog het minst verontrustend. Op dit soort dagen mediteer ik met hoop op verbetering van mijn 'toestand'. Not done, in wezen, dat snap ik goed.
Natuurlijk weet ik dat het niet erg is om het allemaal niet meer zo goed te weten. Natuurlijk. Ik ken de wijsheid van Pema Chödrön uit mijn hoofd. Uit mijn hoofd. Daar heb je het al.
Om kort te gaan staan mijn ervaringen van deze ochtend haaks op die van gisteren, toen ik de weidsheid van de tao ervaarde.
Wat ik dan ga doen is opruimen, een was in de wasmachine doen, thee zetten, internetten, de was ophangen. En terwijl ik mezelf zo bezig hou blijft er een vervelende brom die mij wil laten weten dat dit toch zonde is van de lege ochtend. Of ik wel weet wat ik allemaal met die drie lege uren had kunnen doen. In die tijd had ik een gedicht kunnen schrijven, een begin van een boek of een prietplaatje kunnen maken.
Tot ik de qoute van Martin Bril las. Tuurlijk. Gewoon beginnen, schrijf maar iets op. Kom in beweging. "Leven is bewegen," zegt Samuel L. Lewis, "in wat voor richting dan ook. Alleen degene die niet beweegt, komt niet aan."
En nu hoor ik de kinderen thuiskomen. De ochtend is voorbij. Met op de valreep nog een schrijfbeweging.

maandag 30 mei 2011

De paradoxale eenheid

Soms kan ik heel zuiver voelen dat alles goed is zoals het is. Ben ik even los van het oordelen, ervaar ik de ruimte en onbegrensdheid van alles en weet dat het goed is. Op dat moment. Alles is goed.
Nu zou je denken dat ik zo'n ervaring krijg op momenten dat alles ook goed is naar de door ons zo gemakkelijk gebruikte maatstaven. Geen pijn, gevulde maag, tijd genoeg, mooi weer, dat soort zaken. Toch is dat meestal niet het geval.
Ik heb die ervaringen alleen als ik er helemaal ben. Ben waar ik ben. En dat heeft niets te maken met die etiketjes van goed of slecht. Ik kan er helemaal zijn als ik veel verdriet voel. En dan kan ik tegelijk met dat verdriet soms ook die enorme ruimte voelen en heel diep van binnen weten dat ik nergens bang voor hoef te zijn. Laat maar komen zoals het komt. Geeft niet. Maakt niet uit. En dat zeg ik dan niet uit onverschilligheid.
Ik vang op die momenten iets op van de volmaakte eenheid waar geen oordeel is. Dat is de Tao, waar vanuit de bomen, bloemen, planten, dieren en baby's en jonge kinderen leven. Vermoed ik.
Hafiz schreef er een prachtig gedicht over:

Alleen

Die Verlichte
Ene

Die het vormloze tot vorm blijft verleiden

Had de bekoring mijn 
Hart te winnen

Slechts een Volmaakte

Die altijd
Lacht om het woord
'Twee'

Kan je

Van

Liefde laten weten.

vrijdag 27 mei 2011

De waarde van kritiek

En toen kreeg ik gisteren onverwacht kritiek op de laatste twee blogjes die ik geschreven had.
Ik hoorde bij manlief de aarzeling in zijn stem, maar hij zette door, want het was serieus.
Uiteraard werd bij mij onmiddellijk de 'zie je wel, ik doe het niet goed,'- criticus wakker. Die slaapt nooit ergens doorheen. Ik was me slechts bewust van deze stem die alles overschreeuwde en wilde net uit gewoonte alles op slot gooien, toen ik me realiseerde dat dit dus is hoe dat werkt bij mij. Iemand stelt vragen bij iets wat ik gedaan of gemaakt heb en ik denk meteen dat ik als hele persoon afgedaan heb.
'Voel het maar, er is helemaal niets om van in de stress te schieten, het gaat zoals het gaat,' zei ik tegen mezelf. De paniek nam meteen af en ik kon weer horen wat manlief te vertellen had. Het mooie was dat hij verwoordde wat ik wel al gemerkt had, maar waar ik nog niet de vinger op had kunnen leggen.
Waren de laatste blogjes niet te concreet geworden? Zo concreet dat ik gemakkelijk traceerbaar zou zijn als iemand dat zou willen? Is het niet juist charmant dat blogsschrijvers over heel herkenbare zaken schrijven en dus dichtbij lijken, maar ondertussen toch onbereikbaar zijn?
Ja, ja en ja. Achteraf ben ik ontzettend blij met deze feedback. Niet in de laatste plaats omdat ik merkte dat ik blijkbaar een flinke stap voorwaarts gemaakt heb in het omgaan met opbouwende kritiek. Ik durf zelfs te stellen dat het lijkt alsof ik voor het eerst écht ervaren heb dat kritiek me verder kan helpen.
De blogs heb ik gedeeltelijk herschreven. Ik vind ze er zelfs beter op geworden.
Mijn dank is groot.

woensdag 25 mei 2011

Nieuwe ronde...

...nieuwe kansen!
Niet het UWV, maar een andere instantie gaat mij ondersteunen bij het vinden van werk. Zij betalen mijn uitkering en zij willen mij dus weer aan het werk hebben. Gisterenmiddag was er door deze instantie een informatiebijeenkomst georganiseerd waarin uiteengezet werd wat er van mij verwacht wordt, maar ook wat er voor mij te halen valt. Dat blijkt nog best veel te zijn en dat is goed nieuws, want mijn ervaringen met het UWV zijn niet bijzonder positief te noemen.
"Nee mevrouw, het UWV heeft geen middelen om u te begeleiden op weg naar andersoortig werk. U zult het echt zelf moeten doen," zei de meneer van het UWV, die zich mijn werkcoach noemde. Natuurlijk moet ik het zelf doen, maar het is toch wel fijn als er iemand (met verstand van zaken) met me mee kijkt in deze onzekere tijden. Gisterenmiddag bleek dat deze meneer zich onterecht als mijn werkcoach opgeworpen had en dat ik hem mag vertellen dat ik niet langer van zijn diensten (welke?) gebruik zal maken.
Meestal zie ik pas achteraf wat voor een impact de dingen op me hebben. De medewerker van het UWV was niet op de hoogte van het bestaan van de instantie die mijn uitkering betaalt en heeft mij gewoon laten zwemmen. Dat vond ik niet leuk en ik werd er behoorlijk onzeker van.
Toch hebben de afgelopen weken mij ook iets goeds gebracht. Ik heb me in die onzekerheid staande gehouden. Ik ben niet als een kip zonder kop ergens heen gaan zwemmen, maar gebleven waar ik was. En op die plek heb ik mijn zin in schrijven ontdekt en acties ondernomen. Nu ben ik redactielid en heb ik al een schrijftraining achter de rug. Dat is toch heel mooi.
De meneer van de voorlichting vertelde ook dat het niet altijd goed is om mensen meteen te gaan begeleiden. Er zijn mensen die dan te zeer gaan leunen op die hulp en vergeten dat het hun eigen weg is die ze moeten gaan. Ik sluit niet uit dat ik ook zo iemand zou zijn geweest.
Nu kan ik alleen maar blij zijn met deze ontwikkelingen. Ik begin bij mezelf een enthousiasme voor schrijven te voelen en dat is een mooi uitgangspunt voor verdere begeleiding. In tegenstelling tot het gebrek aan mogelijkheden bij het UWV, is bij deze club wél vanalles mogelijk.

dinsdag 24 mei 2011

Zie je wel, ik kan het

En toen belandde ik door allerlei leuke toevalligheden in een schrijftraining.
Ik merk dat het veel verschil maakt dat ik me bewust word van wat mij plezier oplevert. Daardoor kan ik alert reageren op de dingen die daar bij aansluiten en kan ik dus onverwacht in een schrijftraining zitten.
Wat ik me er vooral van herinner is dat er iets wakker werd in mij. Ik kreeg uitleg over de verschillende journalistieke genres en merkte dat ik daar heel enthousiast van werd. Dat komt deels doordat ik het zo leuk vind om iets helemaal nieuws te leren, maar ook doordat ik er zin van kreeg om zo'n genre eens uit te gaan proberen. Bovendien herkende ik veel van wat ik hoorde uit mijn eigen schrijfpraktijk en daar werd ik heel bij van. 'Zie je wel, ik kan het,' in plaats van dat veel vaker voorkomende 'Zie je wel, ik kan het niet.'
Gisteren bijvoorbeeld, toen de avondvierdaagse startte. De kinderen doen mee met school. Zij zijn erg enthousiast, maar mij gaat zo'n week niet in de koude kleren zitten.
Toen ik na veel gedoe net wat laat met mijn kinderen op het verzamelveld arriveerde, was het daar een drukte van jewelste. Zoekende mensen, rennende kinderen, enthousiast schreeuwende kinderen, ontspannen kletsende ouders, leerkrachten die probeerden een overzicht te krijgen en ik daar tussen.
Ik verlies mezelf in zo'n situatie vrijwel meteen uit het oog en mijn kinderen en passant ook. Ondertussen deed ik natuurlijk toch vrolijk mee met alles en iedereen. Ah, daar zag ik mijn kinderen, compleet met petje en t-shirt, bij hun eigen juf staan. Dat hadden ze zelf goed voor mekaar gekregen. Ze kregen ze een opgewekte kus van mij, ik wenste hen veel plezier en succes en toen maakte ik me uit de voeten. 
Ik was de drukte nog niet uit, of die deken van onvermogen daalde op me neer. O, wat voelde ik me ontoereikend. Het was het 'Zie je wel, ik doe het niet goed' - gevoel en dat waait over het algemeen niet zomaar over. Dat bleek ook nu het geval. 
Toen manlief pas om negen uur thuis kwam met de kinderen begon ik meteen te mopperen, maar hij reageerde met een korte uitleg en ging er verder niet op in. Dat was wijs, want ik voelde naderhand heel duidelijk dat dit mijn pijnlichaam was wat erg veel honger had. Ik kan me vaag herinneren dat ik nog even door gegaan ben met uitlokken. Doordat er geen reactie kwam, ebde het weg, maar ik bleef wel een agressie voelen die eruit wilde. Snapte opeens dat mensen uit frustratie dingen kapot gaan maken. 
Wat ik er van geleerd heb, is dat ik dit soort dingen nog ruimer moet plannen. Liever tijd over waarin nog even gespeeld kan worden, dan dit gesjees. 
Tot mijn verbazing merk ik dat een positieve ervaring meer invloed op mij heeft dan een negatieve. Dat gevoel van zondagochtend bij de training was heel helder. Het bevestigt dat ik in de verte een pad ontwaar. En op dat pad gebeurt iets wat met schrijven te maken heeft. Dat schrijven doe ik al, maar nog heel vrijblijvend. Dat zal wellicht straks anders zijn. Mijn zelfvertrouwen groeit en stap voor stap vraag ik meer van mezelf. Ben benieuwd wat ik ga schrijven. Een column?

maandag 23 mei 2011

Jules Feiffer

Mijn schoonmoeder vertelde me gisteren over de cartoons van Jules Feiffer. De stoïcijnse Bart en Bregje deden haar aan de tekeningen van Feiffer denken. Nu heb ik hem even opgezocht en snap wat ze bedoelt.
Iedere keer ongeveer dat zelfde tekeningetje, met iedere keer wat kleine verschillen. In het onderstaande stripje spreekt ook het klein gehouden onderwerp mij erg aan. 

vrijdag 20 mei 2011

De tijd laten verstrijken

"Ik heb nooit iets anders gedaan, dan de tijd laten verstrijken."
Miroslav Tichy (fotograaf)

Deze uitspraak raakte een snaar bij mij. Ik vond hem op het blog "Molly schrijft wat." 
De tijd laten verstrijken. Hier is iemand die hardop durft te zeggen dat hij nooit iets anders heeft gedaan. Je hoort toch actief te zijn? Doelen te hebben? Ik durf te stellen dat het in onze maatschappij niet de bedoeling is dat teveel mensen nooit iets anders doen dan de tijd laten verstrijken. Dat is slecht voor onze economie. En alles wat slecht is voor onze economie schijnt slecht te zijn voor ons. Althans, dat is wat ze ons willen doen geloven.
Het is bij mij heel lang zo geweest dat ik dacht dat ik slechts de tijd liet verstrijken. Dat mijn leven voorbij gleed. Aan een toekomstvisie ontbrak het mij al helemaal. Opeens was ik moeder. Opeens had ik met al mijn spaargeld de verbouwing van ons koophuis gefinancierd. Alsof het niks was. Alternatieven hebben we niet eens serieus overwogen. Huren en dan van mijn geld mooie reizen maken, dat is toch ook een optie?
Nu besef ik dat dit niet is waar Tichy over spreekt. Tichy heeft het vermoedelijk over er gewoon zijn. Zijn, als de leliën des velds. Het leven wordt wel degelijk geleefd, de fotocamera bij de hand, maar wordt genomen zoals het komt.
De laatste tijd ondervind ik steeds meer de waarde van het laten verstrijken van de tijd. Leven vanuit rust. Wetende dat de dingen nooit alleen maar 'goed' of 'slecht' voor me zijn. Het gaat zoals het gaat. Ik laat los, weet dat de uitkomst zich niet vast laat pinnen.
Ik ben wakker geworden, hou mijn dromen op mijn netvlies en... laat de tijd verstrijken.


De afgelopen maand overleden fotograaf Miroslav Tichy, gebruikte zelfgemaakte camera's en legde de poëzie van het dagelijks leven vast (Wikipedia).

Over de liefde

“The people who are the hardest to love are the ones who need it the most.”
  ~Peaceful Warrior

donderdag 19 mei 2011

In het reine

Tijdens de meditatie voelde ik hoe onrustig mijn lijf aanvoelt vanochtend. Een wat snelle hartslag en dat gevoel onder stroom te staan. De neiging om op te staan en iets te gaan doen is dan heel sterk.
Ik ben blijven zitten, zoals een 'leerling' van Pema Chödrön betaamt. Besefte dat die onrust mij wilde doen opstaan en bewegen om mij te beschermen. Door dat inzicht werd het gevoel erger en kwam er ook angst omhoog, waardoor de wens om op te staan nog groter werd. Ook de angst heb ik verteld dat ik begrijp dat het allemaal goed bedoeld is, maar dat ik niet meer op die manier ga reageren. Ik vertelde dat ik een stille ruimte ontdekt had, diep van binnen. En dat ik niet meer weg ga lopen als ik het gevoel heb overspoeld te worden, maar in plaats daarvan naar deze stille ruimte ga. Dat heb ik dus gedaan. Het voelde alsof ik onderdook, met boven mij de golfslag van de onrust. Het mooie was dat ik me van beiden tegelijk bewust was.
In die stilte begreep ik dat ik twee dingen nodig heb. Het eerste is 'vertrouwen'. In het leven en daarmee in mezelf. Het tweede is 'het vermogen te vergeven'.
Iedere zaterdag lees ik de rubriek "Het laatste woord" op de laaste bladzijde van het NRC. Hierin praten mensen over hun laatste levensfase. Afgelopen weekend vertelde een moeder hoe ze achterbleef met drie jonge kinderen nadat haar man een einde aan zijn leven maakte. "Ik ging maar door met normaal doen," staat er boven het artikel. Ze vertelt hoe de dingen gegaan zijn en ook mis gingen, maar ook hoe ze er nu mee omgaat. "Door ons verleden samen op te ruimen, kom ik met mezelf in het reine - zo ervaar ik dat," zegt ze op het eind. Zo mooi, hoe eerlijk en duidelijk ze vertelt over haar leven en hoe ze er op terug kijkt.
We kunnen ons huis opruimen, en dat is ook goed, maar dat is triviaal vergeleken met restjes troep in de kelder van onze psyche die om actie schreeuwen. De deur is goed gesloten, de rest van het huis is aardig op orde, maar hoe dicht die deur ook is, we weten dat er daar beneden nog iets ligt wat opgeruimd moet worden.
Ik heb Kwan Yin gevraagd me te helpen. Niet te denken dat ik klaar ben als ik dit fysieke huis op orde heb, maar door te pakken tot ik me helemaal bevrijd heb.

woensdag 18 mei 2011

Stel niet uit tot morgen...

... wat gij heden kunt doen, luidt het prachtige spreekwoord. Van uitstel komt afstel. Nog zo'n mooie.
Nu ik de bovenste woonlaag op orde heb, wil ik dat ook graag zo houden. Ik moet zeggen dat ik mezelf daarin (op het moment) heel gedisciplineerd gedraag. Het leuke is dat ik er een trots gevoel aan over hou.
Een voorbeeldje. Ik zag dat de was die ik te drogen had hangen op de overloop, opvouwen kon worden. Dat heb ik toen meteen gedaan en daarna alles op de goede plekken opgeborgen. Voorheen verzamelde de schone handdoeken zich in stapels op de wasmachine en lagen er stapeltjes met kleding van de kinderen op de grond. Er hing daar ook een groot schilderij van mij waar ik niet zo blij mee was en dat heb ik gisteren weggehaald. Het was gewoon niet goed en dan moet ik het ook niet ophangen. Zelfs niet boven het wasrek.
Als ik nu boven kom, word ik iedere keer weer blij van die opgeruimde en lege aanblik.
Gewoontes zijn zo gek nog niet. Het kost even wat discipline om ze te creëren, maar dan heb je ook wat. Dan doe je de dingen gewoon omdat je weet dat het goed is dat je ze (op die manier) doet. Dan stel je ze niet iedere keer ter discussie en gaat het gewoon zo. Ik drink bijvoorbeeld 's ochtends als eerste een groot glas heet water met een halve uitgeperste citroen. Dat doe ik al jaren en dat bevalt me uitstekend. Het schijnt een zuiverende werking te hebben op je gehemelte en goed te zijn voor je lever.
Zo heb ik ook geprobeerd van het mediteren een gewoonte te maken. Dat lukte me minder goed. Het blijkt dat ik af en toe gewoon geen zin heb en als ik het dan toch doe, dan zit ik daar mijn tijd uit te zitten en gaat het zijn doel voorbij. Ik ben er dus flexibeler in geworden. Mediteren als ik er behoefte aan heb. Ben er nog niet uit of ik dit een goede ontwikkeling mag noemen. Daar kom ik vast nog eens op terug.
Vandaag, heden, ga ik in de woonkamer wat opgehoopte spullen wegwerken. Ja, ik weet het, je kunt alles overdrijven, maar dat is echt nog niet aan de orde. Geen zorgen dus daarover.

maandag 16 mei 2011

Ruimte scheppen

Er ligt hier al een week een oude Happinez op tafel. Gisteren zag en las ik pas het artikel over opruimen. Je huis als spiegel.
Sinds ik gestopt ben met werken, voel ik die enorme behoefte helderheid te creëren. Van binnen, maar dus ook in mijn huis. Al die jaren van overvraagd zijn eisen hun tol. Ik zie al gauw door de bomen het bos niet meer. En zodra dat gebeurt ruiken die negatieve overtuigingen hun kans. "Zie je wel, je kunt het niet. Zie je wel, het wordt niks met jou." Dat soort narigheid. 
Door mijn omgeving zo helder en transparant mogelijk te maken creëer ik de broodnodige rust, want er komen gedachten op die mij sterken. "Goh, wat goed dat ik even doorgepakt heb op de overloop. Ziet er fijn uit zo." 
In het artikel zegt Nina Elshof, deskundige op het gebied van de Chinese feng shui, dat wanorde in huis voor chaotische chi en daarmee voor chaos en verwarring in je leven zorgt. "Voorwerpen die in de weg staan, waar je nog een besluit over moet nemen of die kapot zijn, liggen niet gewoon in je huis, maar zenden voortdurend signalen uit. Elke keer dat je ze ziet, is er iets in je dat ze registreert, zich irriteert en voelt: Oja, daar moet ik nog iets mee! Als die aandachtvragende stoorzenders kosten energie. Ze zijn een vorm van stress, waardoor je levenslust en je vermogen te groeien afnemen, want ze houden je van de zaken af waar het werkelijk om gaat in het leven."
Dat herken ik. Wat ze verderop in het artikel zegt herken ik ook, namelijk dat troep een stille getuige kan zijn van het onvermogen om te kiezen. Dat al die rondslingerende voorwerpen vragen: wat wil je met mij?
Ik voel mij gesterkt door wat ik gisteren gepresteerd heb, maar ook door dit artikel. Er staat namelijk nog een schuurtje in onze tuin. Het is voor de helft gevuld met spullen die er geheel gerechtvaardigd liggen (tuinspullen, gereedschap e.d.) maar daarnaast staat het vol met dingen die we niet meer nodig hebben, niet meer willen of gewoon kapot zijn en naar de sloop moeten.
Volgens mevrouw Elshof is dit opruimen "waar het begrip 'onthechten' echt over gaat: over het op orde brengen en houden van je leven, zodat je altijd in het hier en nu kunt zijn. Er is geen -emotionele- rommel die je verbindt met het verleden of de weg naar de toekomst blokkeert, maar vrijheid en ruimte om te zijn wie je bent." 
Hartstikke goed gezegd. 
Vandaag gaat al het oude speelgoed uit onze schuur naar de speelgoedbank in Nieuwegein. Stap 1 in het leegruimen van de schuur. 

(NB. Mijn nieuwe Kronan schijnt 'een roestbak' te zijn, hoor ik van alle kanten, dus die krijgt t.z.t. een plekje in de schuur, weg van de fietsen van het gepeupel onder het afdak).

zondag 15 mei 2011

Time out

Vanochtend heb ik onze kast op de overloop leeg gehaald, uitgesopt en bepaald wat er weer terug in mocht. Daar ben ik nog steeds niet mee klaar. Er moest namelijk gegeten worden en daarna wilden de kinderen naar de speeltuin in de wijk. Okee dan.
Maar dat bleek echt heerlijk. Nadat ik gezien had welke levensgevaarlijke kunsten die twee van mij uit kunnen halen aan de verschillende klimrekken, ben ik languit in het gras gaan liggen. Boven mijn hoofd trokken de wolken voorbij. In wel vier verschillende lagen. Ik zag grote witte wolken, zoals kinderen ze tekenen, plukken grijze watten en onheilspellend donkere wolken die barstensvol regen leken te zitten. Het was een machtig schouwspel waar ik al heel lang niet meer zo intens van genoten heb.
Er stond ook een lekker, niet te negeren, windje. Af en toe brak de zon door. Daar lag ik. Op het gras. Met om mij heen de geluiden van spelende kinderen en fluitende vogels.
Een heerlijke time out.
En nu effe doorpakken op die overloop!


zaterdag 14 mei 2011

Back to normal?

En toen kon ik voor mijn gevoel heel lang niet op mijn blog.
Mijn laatste tekst was 'removed', net als mijn eerste Prietplaatje. Vond ik niet zo leuk. En wat zag ik als ik ging checken of alles weer 'back to normal' was? De titel van mijn één na laatste bericht: Gehechtheden loslaten.
Prachtig!
Het goede nieuws van vandaag is dat ik een nieuwe fiets heb. Ik kon een nieuwe blauwe Kronanfiets met versnellingen kopen van een mevrouw die hem gewonnen had. Het is een fiets waar je meteen vrolijk van wordt als je hem ziet. Dat maakt het gemis van mijn oude fiets iets minder scherp.
Verder heb ik het gevoel dat ik steeds meer los raak van mijn onderwijsverleden. Ik heb met mijn scheepje het ruime sop gekozen en zie het onderwijseiland in de verte verdwijnen. Ik merk dat het heel goed is dat ik er weg ben, want af en toe meen ik dat andere eiland al te zien aan de horizon. En dat voelt heel goed.
Toen ik gisteren bijvoorbeeld mijn eerste Prietplaatje online zette, was ik heel trots. Ik merkte hoe leuk ik het vind om iets te maken waarvan ik op een gegeven moment kan zeggen dat het af is.
Nu ga ik een poging doen om de redactie van die grote uitgeverij te overtuigen dat ze mij, ondanks mijn gebrek aan ervaring, toch maar op gesprek moeten laten komen. Niet geschoten is altijd mis.


Prietplaatjes

Misschien heb ik mijn gehechtheid aan geld wat erg rigoureus de afgrond in laten storten, want nog diezelfde middag werd ik op de proef gesteld.
Mijn fijne, mooie, stevige fiets werd gestolen voor de deur van de bibliotheek. Midden in de stad, tussen krantenverkopers, geldinzamelaars en winkelend publiek. Ongelofelijk.
Hoewel ik er wat gelaten onder lijk te worden is het loslaten van die gehechtheid aan geld is nog niet helemaal gelukt, want ik heb de afgelopen dagen, naast het zoeken naar een fijne tweede hands fiets, veel tijd besteed aan het vinden van een geschikte vacature om op te solliciteren. Een nieuwe baan levert tenslotte geld op.
Afgezien van een vacature als redacteur op de afdeling kinderboeken van een bekende uitgeverij, zag ik niets waar ik blij van werd. Integendeel, het werd me zwaar te moede. Tussen die vacatures op internet zou ik het niet vinden. Het gevoel alles alleen te moeten doen, staat meestal om het hoekje te wachten tot het tevoorschijn kan piepen, en rook zijn kans.
Ik heb weer gemerkt hoe ik mezelf afsluit als de dingen me overweldigen. Hoe ontzettend moeilijk ik het vind om daar iets anders voor in de plaats te zetten. Een tegengestelde beweging te maken. Ik laat me zo moeilijk helpen. Toch lukte het gisteren er over te praten en het resultaat was verrassend concreet.
Ik had eerder die dag twee mensfiguurtjes getekend waar ik graag iets mee zou doen op een tweede blog. Ik was blij met het resultaat, maar sloeg compleet dicht toen ik er tekst bij wilde verzinnen. Gisteravond kwam manlief met een goede insteek en daar ga ik zo meteen mee aan de slag. Heel fijn hoe zoiets kleins alles weer in het juiste perspectief kan zetten.
Mag ik jullie aan Bart en Bregje voorstellen?



Je kunt hen volgen op www.prietplaatjes.blogspot.com

dinsdag 10 mei 2011

Gehechtheden loslaten

Vanochtend heb ik mijn werkm@p aangemaakt. Dat is een map waarmee ik in contact sta met een medewerker van het UWV. Het bleek niet zo eenvoudig als het van tevoren leek, want er werd mij gevraagd in te vullen naar welke functie ik ga solliciteren. Toen ben ik maar alleen vragen gaan invullen waar ik wel een antwoord op had.
Tijdens het mediteren voelde ik de onrust. In mijn hoofd was het geen moment stil en mijn spieren wilden maar niet ontspannen. Je hoeft dit alleen gewaar te zijn, zei ik tegen mezelf. Hoe voelt het, waar gebeurt het allemaal?
Dit allemaal te ervaren werd me duidelijk teveel, want ik ging er van bewegen waardoor ik me nog wanhopiger ging voelen (want het is toch echt de bedoeling dat je stil blijft zitten tijdens het mediteren). "Hoe doe ik dat, dat loslaten, dat opgeven van al die gehechtheden?" Die zin schoot door me heen en herhaalde zich als een mantra. Keer op keer.
Uiteindelijk zag ik hoe er geld van mijn rug af naar beneden de diepte in rolde, ik zag alles wat 'men' met succesvol te maken vindt hebben vanaf mijn rug de diepte in storten en tenslotte rolden er enthousiast knikkende mensenhoofden naar beneden terwijl er nog wat duimen omhoog gestoken werden. 
Daarna was het rustig en ging mijn wekkertje af.

maandag 9 mei 2011

Mijn woestijn

Deze titel heb ik van Bieke Vandekerckhove gejat. Zij heeft mij met haar tekst op mijn plek gezet.
Gisteren had ik een erg moeizame dag. Het komt er op neer dat ik op zo'n dag denk dat het nog iets moet worden met mij. En natuurlijk dat ik het vertrouwen mis dat me dat ooit zal lukken.
Tegen de avond las ik het stukje van Bieke met deze titel. Zij vertelt dat een vriend haar vertelde van zijn verlangen zich terug te trekken in één of andere woestijn. Dat verlangen herken ik maar al te goed. De realiteit terugbrengen tot het basale waardoor ik alles helder ga zien.
En wat doet Bieke dan? Zij reageert prompt: "Tot elke woestijn is een mens bereid. Overal wil hij gaan zitten. Zolang het maar niet zijn eigen woestijn is."
Zo.

Ze bekent dat ook zij haar eigen woestijn schuwt. De medogenloze hardheid ervan.
"Toch is het de enige woestijn die voor mij werkelijk woestijn is. Het is mijn woestijn. Als ik ergens in de woestijn wil gaan zitten, is dit de woestijn die ik moet durven betreden. Op hoop van zegen...
Wegen zijn er daar niet. Water al evenmin. Ik sterf er dood na dood.
Als ik geen kracht zoek in God, ben ik verloren."
Ik moest meteen denken aan Pema Chödrön, die vertelt dat ze vroeger een tekst aan de muur had hangen die luidde: "Alleen indien we ons keer op keer blootstellen aan vernietiging, kan het onverwoestbare zich in ons manifesteren."

Gisteren heb ik wat langs de rand van mijn woestijn lopen ijsberen. Ik werd heen en weer geslingerd tussen gedachten die weer emoties opriepen en de stem in mijn hoofd die mij opriep er niet in mee te gaan. Onder dat gerumoer ligt een schat verborgen, die ik door alle onrust niet gevonden heb. Misschien durf ik de volgende keer wel mijn woestijn in te lopen om daar gewoon te gaan zitten en te luisteren naar wat die mij te vertellen heeft.



donderdag 5 mei 2011

Ten volle leven

Vanochtend bracht ik mijn kinderen naar de trein, waar oma klaar stond om hen mee te nemen voor een korte logeerpartij. Ze gingen bij het raam zitten zodat ik nog even naar hen kon zwaaien. Ik zag mijn dochters toch wat betrokken gezichtje, maar zwaaide vrolijk lachend door en wierp en hen kushandjes toe.
Weer terug in de stationshal liep ik als een kip zonder kop de Bruna in, stond besluiteloos met de nieuwste Opzij in mijn handen, kocht hem toch maar niet, en vervolgens liep ik de trappen naar de bussen voorbij. In de bus voelde ik pas echt het wanhopige gevoel waardoor ik zo van de kaart geraakt was.
"Weglopen voor de indringendheid van onze ervaring is als het ware de dood prefereren boven het leven," stelt Pema Chödrön in het hoofdstuk dat ik vandaag lees. Hoe waar. Dit is wat er gebeurt. Ik loop weg voor het nare gevoel, wil er iets fijns voor in de plaats (even een tijdschrift kopen) en daarmee wijs ik mijn ervaring af.
Opeens begrijp ik helemaal hoe ik niet ten volle leef als ik wil dat het leven aan mijn voorwaarden moet voldoen. Dat doet het natuurlijk niet. En als ik dan vervolgens alles afwijs wat niet aan mijn beeld van een fijn leventje voldoet, dan wil ik dus van de helft van mijn ervaringen niets weten. "De dood is vast willen houden aan wat je hebt en ervoor zorgen dat iedere ervaring je bevestigt en feliciteert en je het gevoel geeft dat je het helemaal voor elkaar hebt," zegt Chödrön. "Ten volle leven, helemaal mens en volledig bewust zijn betekent voortdurend uit het nest verstoten worden."
Het gekke is dat ik dit alles al vele malen eerder in andere bewoordingen gelezen heb. Vandaag vallen deze woorden op hun plek. Het wolkendek is opengebroken en alles lijkt lichter en gemakkelijker.
Is dat niet mooi op deze dag van de vrijheid?

dinsdag 3 mei 2011

Stiltehuis

Vandaag droomde ik weer eens van mijn eigen stiltehuis.
Een huis waar iedereen die rust en stilte zoekt, welkom is. Een huis zonder religieuze stempel, maar waar de kamers lijken op de cellen van de kloosterlingen. In mijn huis is ook een gezamenlijke ruimte om te mediteren, te bidden of gewoon samen stil te zijn. De maaltijden worden net als in de contemplatieve kloosterordes in stilte genoten en wanneer het weer het toelaat eten we buiten. Er worden uitsluitend biologische ingrediënten gebruikt. Je wandelt vanuit het huis zo de natuur in.
Het lijkt me heel mooi om verantwoordelijk te zijn voor het reilen en zeilen in dit huis. Mensen te kunnen bieden waar ik zelf zo vaak naar verlang: een plek waar je even sober en stil leeft en je overgeeft aan de structuur die geboden wordt in de vorm van dagelijkse meditatiesessies en maaltijden. Verder is er niets en hoeft er niets.
Ik koester deze wens en hoop hem ooit in vervulling te zien gaan.



Ten diepste eenzaam zijn

Als ik mediteer of gewoon op een ander moment stil word, voel ik diep van binnen de laag van de eenzaamheid.
Dat klinkt heel treurig en soms is het dat ook. Maar vanochtend realiseerde ik me dat in ieder van ons deze laag te vinden is. Het is de laag die erbij hoort. De laag waar de Amerikaanse psychiater Yalom aan refereert als hij ons vertelt dat ieder mens 'ten diepste eenzaam is'.
Ik vind het een heel confronterende laag, daar diep in mij. Verbijsterend in zijn helderheid en rauwheid. Ik ga er vaak voor op de loop. Dingen doen. Afleiding zoeken. Vanochtend was  het even anders. Ik kon erbij blijven en me realiseren dat dit een pijn van alle mensen is. Een onverstoorbare eenzaamheid, was het eventjes.
Ik denk dat dit is wat Pema Chödrön bedoelt als ze schrijft: "Zou je het als een gouden kans kunnen aangrijpen als je 's morgens wakker wordt en zomaar opeens het hartzeer van vervreemding en eenzaamheid voelt opkomen? Zou je je, in plaats van jezelf te kwellen of het gevoel te hebben dat er iets verschrikkelijks gebeurt, op dat moment van verdriet en verlangen kunnen ontspannen, zou je de onbegrensde ruimte van het menselijk hart kunnen voelen? De volgende keer dat je de kans krijgt kun je het eens proberen."
Ik denk ook dat dit voelen van de onbegrensde ruimte van mijn menselijke hart de stap is die ik nog te nemen heb. Dat dit met compassie te maken heeft. Dat dit de verbinding herstelt. Het besef dat deze pijn een universeel gegeven is, schept de band met mijn medemensen waardoor ik me met hen verbonden voel en dat werkt heel troostend.

Een konijn merkte mijn toestand

Ik was triest op een dag en ging wandelen;
ik zat neer in een wei.

Een konijn merkte mijn toestand en
kwam naderbij.

Dikwijls is er niet meer nodig dan dit -

zo dicht bij schepselen te verkeren
die zo vol weten,
zo vol liefde zijn
dat zij niet - 
redeneren,

ze staren slechts met
hun 
geweldige begrip.

Een gedicht van de 16e-eeuwse mysticus Sint Jan van het Kruis

maandag 2 mei 2011

Gebaande paden

Wie zal zeggen of wat wij hopen bestaat?
Het is ermee als met de wegen op aarde:
eerst zijn er geen wegen,
maar ze ontstaan als vele mensen
in dezelfde richting gaan!
  
                 

Deze overweging trof ik aan op een Belgische site, tussen andere uitspraken. Geen idee wie hem zo mooi treffend geformuleerd heeft.
Ik ben er wel van gaan nadenken. Die wegen (al dan niet fysiek beloopbaar) zijn er niet altijd geweest. Ze zijn er gekomen doordat meerdere mensen een bepaalde kant op wilden. En toen die weg er eenmaal was, dacht bijna niemand meer na over een alternatieve route.
Als ik mijn eigen weg wil gaan, zou het best eens zo kunnen zijn dat ik buiten de gebaande paden ga lopen. Dan loop ik op ongelijk terrein en zal ik af en toe moeten stoppen om koers te bepalen. Mijn tempo zal daardoor lager liggen en het lopen kost mij meer energie. Maar ik zal beter in staat zijn mijn eigen tempo te bepalen en ik kom vast af en toe een andere eigenwijze reiziger tegen waarmee ik een tijdje op kan lopen.
Ja, dat lijkt me wel wat. Ik laat me niet verleiden tot klakkeloos meelopen met de horde. Ik doe net alsof er nog geen gebaande paden zijn. Eens kijken welke kant ik op wil.

zondag 1 mei 2011

Wie te graag het goede wil...

Het is een hinderlijke paradox: wie te graag het goede wil, riskeert gebroken snaren. 
Toen ik de uitleg van deze paradox met behulp van Google wilde opzoeken, kreeg ik één hit: de column van Marc Chavannes, waarin ik deze zin gelezen had. Niet erg, want ik kan me zo voorstellen dat het er op neer komt dat je, uit perfectionisme, zo lang je gitaar blijft stemmen, dat de snaren er van breken.
Ik herken mijzelf hierin: Wat staat mij te doen in het leven? Na het juffenschap, dus.
Het gevaar dat ik veel te lang blijf wikken en wegen en nergens voor durf te kiezen, is levensgroot aanwezig. Vooral als ik er diep vanbinnen van overtuigd ben dat er slechts één juiste keuze is, loop ik de kans dat ik daar mijn verdere levensdagen naar op zoek blijf. Ik heb jarenlang geploeterd op de verkeerde plek en wil vanaf nu graag de goede keuzes maken. Ik ben al bijna 43. Mijn dochter is vandaag precies 9 jaar en inderdaad: wat vliegt de tijd.
En wat lees ik vanochtend in de nieuwste 'zen habits'?
"Fear will try to stop you. Doubts will try to stop you. You’ll shy away from doing great things, from going on new adventures, from creating something new and putting it out in the world, because of self-doubt and fear. It will happen in the recesses of your mind, where you don’t even know it’s happening. Become aware of these doubts and fears. Shine some light on them. Beat them with a thousand tiny cuts. Do it anyway, because they are wrong."
Het is net als vroeger op die duikplank. Ik durf het absoluut niet, maar zie het iedereen doen. En dus loop ik door, parkeer mijn gedachten en... spring.


Dit is de zuidkust van Zweden. Daar kun je vanaf deze duikplank de zee in springen.
Dat heldere water van de zee en de meren in Zweden, met hun loopplankjes en trappetjes vertegenwoordigen voor mij het ultime gevoel van rust, vrijheid en vakantie. Volgend jaar weer?