Gisteren reed ik door de vroege zondagochtend in twee uur naar Maastricht. Het zonlicht diffuus, af en toe een buitje. Bij mij in de auto zong Huub van der Lubbe Mooier dan nu, wat ik intussen wel één van mijn lievelingsliederen mag noemen. Mooi, mooi, zo onderweg te kunnen zijn.
Daar in het zuiden zou ik, samen met oma M. en mijn gezinnetje, een Belgisch blotevoetenpad gaan lopen. Dat klinkt heel fijn. Lekker voelen, met m'n voeten dit keer. Alleen had ik geen rekening gehouden met het frisse weer en de fijngevoeligheid van mijn voeten. Om kort te gaan: het viel me niet mee. Zeker in het begin niet. Mijn koude voeten, met een paar bijna gevoelloze tenen, liepen over een bospad met kleine dennenappels, prikkende takjes en stekende steentjes.
Halverwege het pad werd ik verrast door een prachtig aangelegd labyrinth. Ik liep er binnen over een pad met kiezelsteentjes en voelde de weldaad van het labyrinth. Ook al was het grotendeels een pijnlijk pad, ik heb het vol overgave gelopen. Bijna bij de kern aangekomen boog ook hier de weg zich er weer van af en was een extra rondje mijn deel.
Het lied van Huub komt op dit soort momenten vaak in mij op. Het is een soort van levenslied voor me geworden. Alles is goed zoals het is. Mooier dan nu zal het nooit gaan. Van vergeet het maar, vergeet het maar. Maar vergeet het niet. De absolute relativering en liefdesverklaring in één.
Nadat ik het labyrinth gelopen had, kon ik het blotevoetenpad pas echt gaan beleven. Ik kon me eindelijk overgeven. Hoorde ook de vogels fluiten. Kon weer om me heen kijken.
De totale ontspanning kwam in de vorm van een modderig pad, waar mijn gepijnigde voeten diep in waterige klei wegzakten. Even later spoelden ze weer schoon toen ik over grote gladde stenen door een koud en helder waterstroompje naar boven klom.
Het is een indrukwekkende tocht geweest. Vol van zintuiglijke indrukken. Ging helemaal op in het Nu.
Dat nooit mooier zou gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten